Er zijn verschillende technieken beschikbaar om de variocèle te behandelen namelijk een embolisatie of een operatieve behandeling.
Tijdens de operatie worden via een klein sneetje in de onderbuik de bloedvaten opgezocht en afgebonden. Ditzelfde sneetje kan ook worden gemaakt in de lies of in de balzak (scrotum). Hoe verder van de zaadbal, des te makkelijker zijn de bloedvaten te vinden. Het is ook mogelijk om via radiologische technieken de spatader zichtbaar te maken met contrastvloeistof. Vervolgens wordt dan een afsluitend veertje in de spatader geschoten, zodat de spatader afsterft. De succeskans van deze ingreep is ongeveer 80%.
Na de operatieve behandeling is er een kleine kans op een infectie of bloeduitstorting. In een zeldzaam geval treedt een beschadiging op van een zenuw, die naar de buitenkant van het bovenbeen loopt, waardoor er een dove plek kan ontstaan.
Gedurende twee weken na de ingreep mag u niet sporten of zwaar tillen.